Furkapas

Ensemble

Tijdelijke verblijfplaats en atelier

Op Documenta V in Kassel maakt de Zwitserse galerist Marc Hostettler uit Neuchatel kennis met Panamarenko's werk. Door toedoen van architect Luc Deleu nodigt hij Panamarenko in 1984 uit om op de Furkapas te komen werken, waar kort voordien ook Joseph Beuys en James Lee Byars te gast waren. Panamarenko gaat in op het voorstel, en zal vanaf dan geregeld naar de Furkapas in de Zwitserse Alpen terugkeren. De Furkapas ligt op een hoogte van 2.431 m, tussen het dal van de Boven-Rhone en het Ursendal (Reuss). Het huis dat hem ter beschikking wordt gesteld, is de dependance van het inmiddels verdwenen hotel Furka, dat gedeeltelijk in de afgrond verdween en werd afgebroken. Het overgebleven bijgebouw, aan de andere kant van de weg op het hoogste punt van de Furkapas gelegen, heeft zestien kamers en twee grote garages die dienstdoen als atelier. Het gebouw is maar drie maanden per jaar toegankelijk want de rest van het jaar is het ondergesneeuwd. De onherbergzaamheid van de streek bevalt Panamarenko echter wel.

'Ge kunt oak in een tirolerhutteke langs het meer van Geneve gaan zitten, maar ik kies toch voor de extreme condities van de Furkapas. Daar groeit ook niks meer, he, dat zijn alleen maar rotsen met wat mos, steen en ijs. Als ge daar zijt, komt er nieuwe inspiratie vrij. Dat is gelijk de zee of de Sahara of zo. Vooral het contrast is inspirerend. Als ge een hele dag buiten hebt rondgelopen, met al die afgronden, die sneeuwvlaktes en de wind, dan is het een onbeschrijflijk gevoel om 's avonds op uw zolderkamerke aan een Archaeopterixke te zitten prutsen terwijl het buiten stormt. Dat is ... hoe noemen ze dat .. . ? Idyllisch ... ?' - Panamarenko

Wanneer Panamarenko in 1984 gedurende twee maanden op de Furka verblijft, verkent hij de bergen in de buurt. Op een van zijn tochten vindt hij het wrak van een straalvliegtuig dat tegenover de Furka op de Blauberg is neergestort. Een paar jaar later wil hij terugkeren naar die plek, maar het vliegtuig is onvindbaar.

'Ik zat nochtans op dezelfde kant van de Blauberg, dacht ik toch, maar die berg is groot en steil, he. Ik had een pikkel bij en ik moest over een richeltje geraken, en dat heeft een halfuur geduurd. Onder mij ging dat 45° steil omlaag, ik moest mij tegen de berg­wand drukken en mij vasthaken met dat houweel om mij over de grand voort te trekken. Toen voelde ik een ongelooflijke angst. Ik was overmoedig geweest, he. Het belangrijkste in de bergen is leren oppassen. Ge kunt schrik hebben van alles, of schrik hebben van niks, en dat is allebei even gevaarlijk. Ge moet alleen maar weten dat ge altijd moet oppassen.' - Panamarenko

Later verwerft Panamarenko het levenslange vruchtgebruik van de dependance, en brengt hij er geregeld de zomermaanden door om er nieuwe ontwerpen te realiseren. Behalve enkele Archaeopteryces maakt hij er ook zijn eerste vliegrugzakken, die bedoeld zijn om van bergtop naar bergtop te vliegen. Hij ontwerpt er onder meer de Groene Rugzak, de Zilveren Rugzak, en een aantal pastillemotoren . Om in de bergen te kunnen rondrijden, maakt hij er ook een rupstank die hij met de naam Garage des Alpes bedenkt, en heel wat later de auto's K2 en Thermo Photovoltaic Energy Convertor

(bron: Hans Willemse en Paul Morrens, in: 'Copyright Panamarenko', 2005)

Items View all

Actors View all